Home

Algemeen

Financieel resultaat

De door de raad vastgestelde MPB 2024-2026 had in de jaarschijf 2023 een overschot van bijna € 1,2 miljoen. Dit bedrag hebben we toegevoegd aan de algemene reserve. Ten opzichte van die MPB en de door de raad vastgestelde begrotingswijzigingen, resulteert de Jaarrekening 2023 in een overschot van € 52,6 miljoen. Conform wettelijke bepalingen wordt dit overschot toegevoegd aan de algemene reserve. In de raadsbrief grote verschillen van 19 december 2023 (nr. 4857765) hebben wij een voordelige uitkomst met een bandbreedte van € 35 - € 40 miljoen gemeld. Dat het resultaat nu ca. € 17 miljoen hoger uitvalt wordt vrijwel geheel veroorzaakt door voordelige ontwikkelingen bij de grondexploitatie. In onze brief van 15 februari jl. (nr. 4935485) hebben wij de achtergrond geschetst van het resultaat op het grondbedrijf.

Het voordeel in de Jaarrekening 2023 wordt voor ruim € 42 miljoen bepaald door:

  • hogere opbrengsten bij de grondexploitatie € 17,4 miljoen
  • lagere uitgaven voor opvang Oekraïners € 15 miljoen
  • een hogere algemene uitkering uit het gemeentefonds € 10 miljoen.

De verschillen op de overige budgetten in de MPB leiden tot een voordeel van ruim € 10 miljoen. Op een begroting 2023 van € 710 miljoen is dit laatste een afwijking van 1,4%.

Op programmaniveau doen zich de volgende afwijkingen voor:

bedragen x € 1 miljoen

Begroting 2023

Jaarrekening 2023

Afwijking

Paragraaf Bedrijfsvoering

-70,6

-69,5

1,1

Programma 1 Bestuur, inwoners en geld

485,8

495,6

9,8

Programma 2 Veiligheid

-21,8

-21,2

0,6

Programma 3 Openbare ruimte

-32,2

-30,4

1,8

Programma 4 Milieu

-2,0

-1,6

0,4

Programma 5 Jeugd en onderwijs

-103,9

-104,0

-0,1

Programma 6 Apeldoorn activeert

-57,3

-42,6

14,7

Programma 7 Maatschappelijke ondersteuning

-128,8

-123,6

5,2

Programma 8 Cultuur, erfgoed, evenementen en sport

-32,6

-30,1

2,5

Programma 9 Door! met de buitenstad

-36,6

-20,0

16,6

Resultaat

52,6

De bedragen in deze tabel zijn afgerond. Hierdoor kan er een klein verschil ontstaan.

In de begrotingsprogramma’s is een uitgebreide toelichting op de verschillen opgenomen. Afwijkingen op de bedrijfsvoering worden in de paragraaf Bedrijfsvoering toegelicht.  Hieronder resumeren wij de belangrijkste verschillen.

Bedrijfsvoering
Het voordeel bestaat uit diverse mee- en tegenvallers in de sfeer van de overheadbudgetten.
Dit betreft bijvoorbeeld lagere energielasten bij het stadhuis, lagere kosten van het loopbaan-centrum, minder aanschaf van meubilair en vertraging bij de invoering van de Wet Open Overheid. Anderzijds is de storting in de voorziening Verlofsparen € 0,6 miljoen hoger.

Programma 1
Het voordeel op programma 1 wordt bepaald door de algemene uitkering. Tussentijdse bijstelling vanwege gestegen lonen en prijzen en de afdracht aan het gemeentefonds van het overschot in het BTW compensatiefonds leiden tot een voordeel van € 10 miljoen. Ook vielen de opbrengsten van de OZB en de toeristenbelasting hoger uit, terwijl de berekende derving vanwege de € 100 belastingkorting iets lager uitkwam. Per saldo € 1,8 miljoen voordeel. De kosten van bestuur zijn € 0,9 miljoen lager vooral door een vrijval uit de voorzieningen om in de toekomst de pensioenverplichting te kunnen afkopen met een koopsom. Het doelvermogen is hoger dan nodig op basis van de actuariële berekeningen, waardoor het surplus vrijvalt aan de algemeen middelen.

Vooral door de verkoop van gemeentelijke eigendommen ontstond bij het beheer van gebouwen een voordeel van € 1,1 miljoen. Op het taakveld ‘overige baten en lasten’ worden o.a. stelposten verantwoord die veelal taak overstijgend zijn. Hier is sprake van een nadeel van € 4,3 miljoen, door onder meer hogere loonkosten vanwege de gevolgen van de nieuwe CAO gemeenten en een nadeel op de risico uren die niet aan projecten konden worden toegerekend. De op de overige baten en lasten geraamde stelpost voor boven-trendmatige prijsontwikkeling (inflatie) werd niet volledig aangewend: een voordeel.   

Programma 3
Het voordeel op het programma openbare ruimte wordt voor bijna € 1,4 miljoen veroorzaakt door verkeer en vervoer. Voor € 500.000 heeft dat te maken met activiteiten die doorschuiven naar 2024. Er is een voordeel op de kapitaallasten van ruim € 600.000 omdat kapitaalgoederen later in gebruik genomen zijn. Op het taakveld parkeren is er een voordeel door afkoopsommen uit woningbouwprojecten waar onvoldoende parkeergelegenheid werd gerealiseerd.  

Programma 6
Het voordeel van € 14,7 miljoen wordt grotendeels veroorzaakt door een overschot op de opvang van Oekraïense vluchtelingen. Onze uitgaven hiervoor zijn € 13 miljoen lager dan de rijksvergoeding. Daarnaast was de geraamde bijdrage van € 700.000 in een negatief exploitatieresultaat van Lucrato niet nodig.

Programma 7
Op dit programma is sprake van ruim € 15 miljoen aan lagere lasten, waar tegenover een hogere storting in reserves van € 10 miljoen staat. Ruim € 5 miljoen van de storting betreft posten die overlopen naar 2024 en bijna € 4 miljoen is een hogere storting in de Wmo bestemmingsreserve maatschappelijke opvang en beschermd wonen conform het raadsbesluit van 1 december 2022.  Lagere uitgaven doen zich voor op onder meer organisatiekosten stedelijke expertiseteams en op de algemene voorzieningen (mantelzorgwaardering en terugvordering van subsidies)

Programma 8
Het voordeel doet zich voor bij sportaccommodaties € 1 miljoen als gevolg van compensatie van het Rijk voor de hoge energiekosten van zwembaden, bij cultuurprestaties € 0,6 miljoen als gevolg van minder aanspraak op subsidieregelingen en minder onderhoud aan kunstwerken. Bij cultureel erfgoed is er een voordeel van € 0,7 miljoen als gevolg van een gewijzigde systematiek voor uitkeren van subsidies erfgoedfonds en het doorschuiven van de verbouwing van het herinneringscentrum Apeldoornsche Bosch naar 2024.

Programma 9
Het voordeel van € 16,5 miljoen wordt veroorzaakt door een positief resultaat op de grondexploitatie van ruim € 17 miljoen: € 7 miljoen met betrekking tot bedrijventerreinen en     € 10 miljoen op overige gronden. Daarnaast lagere uitgaven op openbaar groen en recreatie, zoals op het programma Veluwe waarvan het niet bestede budget via de reserve overlopende posten over gaat naar 2024. Op dit onderdeel ontvingen we ook een niet geraamde provinciale bijdrage van bijna € 600.000.

Enkele onderwerpen die hierboven zijn toegelicht komen terug in het bestemmingsvoorstel voor het rekeningresultaat. Daarnaast maakt de onderbesteding op verschillende taakvelden deel uit van de voorstellen nieuw-voor-oud die eind april aan de raad zijn aangeboden.

Rechtmatigheidsverantwoording
Het college dient dit jaar voor het eerst formeel de rechtmatigheidsverantwoording in de jaarstukken op te nemen. Deze treft u integraal in de bijlagen aan. De rechtmatigheidsverantwoording heeft betrekking op drie criteria: het begrotingscriterium, het voorwaarden criterium en het misbruik en oneigenlijk gebruik criterium. In de verantwoording zijn de onrechtmatigheden die de vastgestelde verantwoordingsgrens van € 8,5 miljoen overschrijden per criteria opgenomen.

Wij concluderen dat de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten en de balansmutaties niet rechtmatig tot stand zijn gekomen binnen de daarvoor gestelde grens. Het totaal aan onrechtmatigheden bedraagt volgens de rechtmatigheidsverantwoording € 18,8 miljoen. Hiervan heeft € 8 miljoen betrekking op het niet naleven van de Europese aanbestedingsregels en € 9,8 miljoen op overschrijdingen van de gewijzigde begroting, € 0,5 miljoen op voorwaarden criterium en € 0,5 miljoen op M&O criterium. (zie ook de Rechtmatigheidsverantwoording in deze jaarrekening). De overschrijdingen van de gewijzigde begroting zijn acceptabel omdat deze passen binnen de uitzonderingen zoals opgenomen in de Financiële Verordening 2023. Dit betreft onder meer overschrijdingen van de begroting die reeds eerder gemeld zijn aan de raad, waarbij de hogere kosten gedekt worden door direct gerelateerde hogere opbrengsten of waarbij sprake is van onvoorziene situaties.

In de paragraaf Bedrijfsvoering wordt een toelichting gegeven op de geconstateerde onrechtmatigheden boven de rapporteringsgrens van € 300.000 en wordt aangegeven welke verbetermaatregelen er worden getroffen om afwijkingen in de toekomst te voorkomen.

Deze pagina is gebouwd op 06/21/2024 09:28:58 met de export van 06/12/2024 13:13:55